Jasper Krommendijk* & Frederik Zuiderveen Borgesius**
Hoe lees je arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU)? Deze vraag krijgen we vaak van onze studenten, vooral studenten zonder juridische achtergrond of eerstejaars. In deze bijdrage geven we enkele tips om dergelijke arresten (uitspraken) te lezen en te interpreteren. De bijdrage is vooral bedoeld voor studenten die voor het eerst met arresten van het HvJ te maken krijgen. Maar misschien is deze ook nuttig voor andere lezers, waaronder niet-juristen.
Het Hof van Justitie in Luxemburg
Het HvJEU is een van de instellingen van de Europese Unie (zie artikel 19 VEU). Het is gevestigd in Luxemburg. Het HvJEU bestaat uit twee rechterlijke instanties: het Gerecht of ook wel het Gerecht van eerste aanleg en het Hof van Justitie (hierna: Hof). Prejudiciële verwijzingen worden alleen door het Hof beantwoord. Het Hof bestaat uit 27 rechters: een rechter uit elke EU-lidstaat, en 11 advocaten-generaal. Een advocaat-generaal is, kort gezegd, een officieel adviseur van het Hof, eigenlijk net zoals bij “onze” Hoge Raad.
De prejudiciële procedure
Wij concentreren ons op arresten waarin het Hof prejudiciële vragen van nationale rechters beantwoordt. Het overgrote deel van de arresten wordt gewezen in het kader van deze prejudiciële procedure (artikel 267 VWEU). Het HvJ wijst ook arresten in andere procedures, waaronder door de Commissie geïnitieerde inbreukprocedures (artikel 258 VWEU) en rechtstreekse beroepen tot nietigverklaring (artikel 263 VWEU). Nationale rechters in de EU kunnen, en moeten soms, het Hof verzoeken om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van het EU-recht (artikel 267, leden 2 en 3, VWEU). Een rechter van de hoogste nationale rechterlijke instantie is verplicht zo’n vraag te stellen als de rechter niet zeker weet hoe een regel van het EU-recht moet worden uitgelegd. Een procedure bij het Hof begint dus met een vraag van een nationale rechter, een ‘prejudiciële vraag’ (of een ‘verzoek om een prejudiciële beslissing’).
De prejudiciële procedure bestaat omdat de EU ervoor wil zorgen dat EU-wet- en regelgeving niet verschillend worden geïnterpreteerd in de EU-lidstaten. In dit verband vertellen wij onze studenten vaak over het magische U-woord: uniformiteit. Het zou de uniformiteit (en dus de doeltreffendheid) van het EU-recht in de weg staan als nationale rechters het EU-recht verschillend zouden interpreteren.
Hoe vind je uitspraken van het Hof?
Uitspraken van het Hof zijn te vinden via de CURIA-website, met name via het zoekformulier. Elke zaak bij het HvJ heeft een eigen zaaknummer. Zaaknummers zien er als volgt uit: C-221/17. Je kunt bij het zoeken ook de naam van een van de partijen invullen, bijvoorbeeld ‘Tjebbes’. Als een arrest is gepubliceerd, heeft het ook een ECLI-nummer, zoals dit: ‘ECLI:EU:C:2019:189’. Je kunt ook naar een arrest zoeken aan de hand van het ECLI-nummer. Als je wilt weten wanneer een arrest (of een advies van de AG of een zitting) aanstaande is, kan je de ‘agenda van zaken’ raadplegen.
Welke taal moet ik lezen?
Als je een zaak op de Curia-site hebt gevonden, kun je op een pagina als deze kiezen in welke taalversie je het arrest wilt lezen. Veel arresten zijn beschikbaar in alle 24 officiële talen. Formeel is slechts één taalversie authentiek: de taal waarin de zaak is behandeld (zie artikel 41 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie). Meestal is dat de taal van de lidstaat waaruit de verwijzing afkomstig is. De vertalingen zijn uiterst nauwkeurig, dus over het algemeen kunt je het arrest in elke taal lezen.
Wat te doen met de conclusie van de advocaat-generaal?
Vaak neemt een van de advocaten-generaal (AG) een ‘conclusie’. Deze conclusie is, grofweg, een officieel advies aan het Hof. Het Hof beslist vaak - maar niet altijd - op dezelfde manier als de advocaat-generaal voorstelt. De conclusie van de advocaat-generaal kan lang en gedetailleerd zijn. Soms beslist het HvJ over een zaak zonder een conclusie van een advocaat-generaal te vragen, vooral wanneer de zaak geen nieuwe of moeilijke rechtsvragen oproept. Het kan nuttig zijn om eerst de inleidende alinea's van de conclusie te lezen voordat je het arrest van het Hof er bij pakt. Deze conclusie geeft meestal een korte samenvatting van de kern en de relevantie van de zaak.
NB: als je een arrest van het Hof wilt lezen, moet je oppassen dat je niet in plaats daarvan de conclusie leest. Soms verwarren mensen die twee documenten.
Waar te beginnen met lezen?
Voordat je begint met het lezen van het gehele arrest, is een trucje misschien handig. Voor veel arresten publiceert het Hof een persbericht (‘perscommuniqué’). Helaas is het moeilijk om gestructureerd te zoeken in oude persberichten, dus het gebruik van een algemene zoekmachine (www.startpage.com, www.google.com, etc.) is de beste aanpak.
Voor veel arresten publiceert het Hof ook een samenvatting. Je kunt zo'n samenvatting vinden door te klikken op ‘Lijst van documenten’ nadat je een zaak op de Curia-site hebt gevonden. Het persbericht of de samenvatting geven een korte inleiding op het arrest.
Naast de hiervoor genoemde AG conclusie, kan het ook helpen om te zoeken naar blogs die arresten van het Hof bespreken: zij geven vaak gemakkelijk leesbare samenvattingen en commentaren en wijzen verder ook cruciale rechtsoverwegingen aan. Voorbeelden zijn: EU Law Analysis, EU Law Live en Verfassungsblog.
NB 1: Verwijs in juridische teksten nooit naar het persbericht en de samenvatting. In tegenstelling tot het arrest hebben deze documenten geen formele juridische kracht. Bovendien missen zij vaak de nuance en de precisie van het arrest zelf.
NB 2: Advocatenkantoren, journalisten of bloggers publiceren soms ook samenvattingen van arresten. Wij raden je aan om zulke bronnen niet te vertrouwen voor samenvattingen van arresten, tenzij je weet dat de auteur een specialist is over het onderwerp en niet bevooroordeeld is.
Waar te beginnen met lezen in het eigenlijke arrest?
Arresten van het Hof zien er anders uit dan uitspraken van Nederlandse rechters, zoals de Hoge Raad of de Afdeling Bestuursrechtspraak. Als het Hof een prejudiciële vraag van een nationale rechter beantwoordt, dan doet het Hof niet rechtstreeks uitspraak in een zaak tussen twee partijen. Het Hof laat het aan de nationale rechter over om de zaak te beslissen, op basis van de (abstracte) uitleg van het EU-recht. De Luxemburgse antwoorden zijn soms dus misschien onbevredigend: een duidelijk ja/nee antwoord ontbreekt vaak.
(Dit is bijvoorbeeld anders bij uitspraken van het Hof in het kader van een inbreukprocedure, oftewel een ‘beroep wegens niet-nakoming’ op grond van artikel 258 VWEU. In zo’n procedure moet het Hof wel kleur bekennen en oordeelt het of de lidstaat in kwestie het EU-recht wel of niet heeft geschonden.)
Je kunt natuurlijk bovenaan het arrest beginnen te lezen, en het tot het einde lezen. Die aanpak zou niet verkeerd zijn. Maar wij denken dat een andere aanpak sneller is en tot een beter begrip leidt. Wij stellen de volgende stappen voor bij het lezen van het arrest. We gebruiken het arrest in de Nederlandse zaak Tjebbes uit 2019 als voorbeeld.
Lees de eerste alinea's van het arrest
Begin met het lezen van de eerste alinea's van het arrest, net onder het kopje ‘Arrest’. Lees, ter illustratie, in het Tjebbes-arrest de rechtsoverwegingen (r.o.) 1 en 2. Het Hof legt uit (i) op welke rechtshandelingen het arrest betrekking heeft (nl. de artikelen 20 en 21 VWEU en artikel 7 van het Handvest), en (ii) wie de partijen in de procedure zijn (nl. M. G. Tjebbes e.a. en de Minister van Buitenlandse Zaken over het door deze minister buiten behandeling stellen van hun respectieve aanvragen voor een nationaal paspoort).
Lees het antwoord op de prejudiciële vragen
Lees vervolgens het antwoord van het Hof op de prejudiciële vragen. Aan het eind van het arrest geeft het Hof antwoord op de vraag van de nationale rechter (‘dictum’). Die antwoorden zijn vaak vetgedrukt. De vragen van de nationale rechters kunnen nogal juridisch-technisch zijn, dus de antwoorden ook. Daarom kunnen de antwoorden moeilijk te lezen zijn. Een manier om de antwoorden leesbaarder te maken, is door de zin zo te herformuleren dat de namen van EU-regelgeving worden afgekort en andere gedetailleerde en voorwaardelijke bijzinnen wegvallen.
In het Tjebbes-arrest geeft het HJEU een lang antwoord dat overweldigend kan overkomen:
‘Artikel 20 VWEU, gelezen in het licht van de artikelen 7 en 24 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moet aldus worden uitgelegd dat het niet in de weg staat aan een wettelijke regeling van een lidstaat, zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde is, op grond waarvan de nationaliteit van die lidstaat in bepaalde omstandigheden van rechtswege verloren gaat, wat voor personen die niet tevens de nationaliteit van een andere lidstaat hebben, het verlies van hun burgerschap van de Europese Unie en de daaraan verbonden rechten met zich meebrengt, mits de bevoegde nationale autoriteiten, waaronder in voorkomend geval de nationale rechterlijke instanties, incidenteel kunnen onderzoeken welke gevolgen dat nationaliteitsverlies heeft en eventueel ervoor kunnen zorgen dat de betrokken personen met terugwerkende kracht de nationaliteit herkrijgen wanneer zij een aanvraag indienen voor een reisdocument of enig ander document waaruit hun nationaliteit blijkt. In het kader van dat onderzoek dienen die autoriteiten en rechterlijke instanties na te gaan of het verlies van de nationaliteit van de betrokken lidstaat, dat het verlies van het burgerschap van de Unie met zich meebrengt, in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel wat de gevolgen ervan voor de situatie van elke betrokkene en in voorkomend geval voor die van zijn gezinsleden uit het oogpunt van het Unierecht betreft.’
Het ‘wegstrepen’ van ruis (dat zijn hieronder de puntjes; …) en het onderscheiden van hoofd- en bijzinnen kan helpen (de bijzinnen staan hieronder cursief tussen vierkante haken). Ook het opknippen in drie aparte stukken [I-III] maakt het gemakkelijker het dictum te begrijpen:
[I] Artikel 20 VWEU … moet aldus worden uitgelegd dat het niet in de weg staat aan een wettelijke regeling … op grond waarvan de nationaliteit van die lidstaat in bepaalde omstandigheden van rechtswege verloren gaat [, wat voor personen die niet tevens de nationaliteit van een andere lidstaat hebben, het verlies van hun burgerschap van de Europese Unie en de daaraan verbonden rechten met zich meebrengt,]
[II] mits de bevoegde nationale autoriteiten … incidenteel kunnen onderzoeken welke gevolgen dat nationaliteitsverlies heeft [en eventueel ervoor kunnen zorgen dat de betrokken personen met terugwerkende kracht de nationaliteit herkrijgen wanneer zij een aanvraag indienen voor een reisdocument of enig ander document waaruit hun nationaliteit blijkt.]
[III] In het kader van dat onderzoek dienen die autoriteiten … na te gaan of het verlies van de nationaliteit van de betrokken lidstaat … in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel [wat de gevolgen ervan voor de situatie van elke betrokkene en in voorkomend geval voor die van zijn gezinsleden uit het oogpunt van het Unierecht betreft.]
Zoals wij eerder noemden kan het nuttig zijn om dit dictum naast nieuwsberichten en/of samenvattingen te leggen. Eigenlijk kan het hierboven weergegeven dictum van Tjebbes makkelijk terug worden gebracht tot de kop van een bericht van het Expertisecentrum Europees Recht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken: EU-Hof: EU-recht vereist individuele toetsing bij verlies van Nederlandse nationaliteit bij langdurig verblijf buitenland.
Als je de antwoorden van het Hof hebt bekeken en niet meteen begrijpt wat het Hof zegt of waarom dat relevant is: maak je zich geen zorgen. Dat overkomt ons ook. In dergelijke situaties helpt vaak de volgende stap.
Lees het onderdeel ‘Hoofdgeding en prejudiciële vraag'
Arresten van het Hof hebben een rubriek ‘Hoofdgeding en prejudiciële vraag’. In het arrest Tjebbes begint dit onderdeel bij r.o. 13. Dit deel van het arrest geeft een samenvatting van de nationale rechtszaak die tot de prejudiciële vraag heeft geleid. Als je dit deel van het arrest leest, ken je de feitelijke achtergrond van de zaak. Die feiten helpen om de meer juridisch-technische delen van het arrest te begrijpen en zij maken vaak ook inzichtelijk waar de twijfel van de nationale rechter zit. Het deel eindigt met de prejudiciële vragen die de rechter aan het Hof stelt. In het arrest Tjebbes staan de vragen in r.o. 26.
Lees het onderdeel ‘Beantwoording van de prejudiciële vraag’
Begin vervolgens met het volgende onderdeel ‘Beantwoording van de prejudiciële vraag’. Dit deel bevat de inhoudelijke redenering van het Hof. Voor de afzonderlijke vragen passen wij dezelfde strategie toe als voor het gehele arrest. Dit betekent dat het slim is om te beginnen met de inleiding (de herformulering van de vraag) en de conclusie (antwoord op de vraag), voordat je de uitwerking in het ‘middenstuk’ leest.
In bijna alle gevallen begint het Hof met het herformuleren van de vraag van de nationale rechter. Zie r.o. 27 van het Tjebbes-arrest: ‘Met zijn vraag wenst de verwijzende rechter in wezen te vernemen of de artikelen 20 en 21 VWEU…’. De geherformuleerde vragen zijn vaak leesbaarder dan de oorspronkelijke vragen, die soms verwijzingen naar het nationale recht bevatten. Het Hof “vertaalt” de vragen naar een Europese context zodat zij voor alle rechters (en studenten!) in de hele EU beter te begrijpen zijn. In een enkel geval geeft het Hof ook een inhoudelijke draai aan de vragen.
Aan het eind van dit onderdeel vind je de antwoorden van het Hof op de prejudiciële vraag of vragen (r.o. 48). Na dit alles te hebben gelezen, begrijp je hopelijk het arrest.
NB 1: Als een zin in het arrest verwijst naar een bepaling uit nationaal of EU-recht, kun je vaak uit de zin zelf de belangrijkste punten van die bepaling halen. Zie bijvoorbeeld r.o. 31 van het Tjebbes-arrest, waarin het Hof een samenvatting geeft van Artikel 20 VWEU. Als je de bepaling zelf wilt lezen, kun je die meestal vinden aan het begin van het arrest, onder het kopje ‘Toepasselijke bepalingen’. Zie bijvoorbeeld r.o. 6 van het Tjebbes-arrest.
NB 2: Soms begint het Hof met enkele inleidende opmerkingen alvorens over te gaan tot de inhoudelijke beantwoording (zie bijvoorbeeld Planet49, r.o. 38-43). Lees ook die. Deze opmerkingen leggen meestal uit waarom het Hof een bepaalde weg inslaat die kan afwijken van de benadering van de nationale rechter.
Extra: conclusie van de advocaat-generaal
Als je het arrest en de zaak beter wilt begrijpen, is een goede aanpak om de conclusie van de advocaat-generaal te lezen. Als die er is tenminste. Deze conclusies zijn vaak leesbaarder dan de arresten. Op een pagina als deze kun je zien of er zo'n conclusie is. Bedenk wel dat de conclusie een advies is aan het Hof. Het Hof kan anders beslissen dan de advocaat-generaal, of het Hof kan een andere redenering hanteren dan de conclusie. Alleen het arrest van het Hof is bindend recht!
Extra: juridisch commentaar
Soms schrijven rechtsgeleerden of gespecialiseerde advocaten commentaar op zaken, in blogs of in zogenaamde annotaties of noten in vaktijdschriften. Zulk commentaar kan nuttig zijn om meer van een zaak te begrijpen. Zie bijvoorbeeld deze Engelstalige blog post over Tjebbes. Via Rechtsorde, Kluwer Navigator of Legal Intelligence kunnen annotaties in vaktijdschriften worden geraadpleegd (tip: zoek op zaaknummer en zaaknaam, dus ‘C-221/17 Tjebbes’). Tjebbes is bijvoorbeeld geannoteerd in AB Rechtspraak Bestuursrecht 2019/180 en Jurisprudentie Vreemdelingenrecht 2019/102. Wat ook kan helpen is het opzoeken van de zaak in het jurisprudentieregister van een tekstboek.
Maar pas op voor een paar valkuilen. Ten eerste moet je in gedachten houden dat een annotatie of blog post de mening van de auteur weergeeft. Deze kan afwijken van die van het Hof. Ten tweede moet je er rekening mee houden dat de auteur bevooroordeeld kan zijn, misschien omdat hij of zij als advocaat betrokken is geweest bij een soortgelijke zaak, of zelfs de desbetreffende zaak voor het Hof. Ten derde mag je in een juridische tekst nooit naar een annotatie of blog post verwijzen om aan te tonen wat er in een arrest staat. Je kunt wel naar een zulke bronnen verwijzen om te laten zien hoe die auteur over een arrest denkt.
Conclusie
Er bestaan lezersvriendelijker teksten dan arresten van het Hof. Zelfs beoefenaars van EU-recht, deskundigen, en rechters hebben vaak moeite om te ontcijferen wat Luxemburg heeft beslist. We hopen dat onze bijdrage helpt om de arresten beter te begrijpen. Tot slot: als je vragen of tips hebt, horen wij dat graag. Bedankt!
*Onderzoekcentrum voor Staat en Recht (SteR), Radboud Universiteit, jasper.krommendijk@ru.nl
** iHub en Instituut voor Informatica en Informatiewetenschappen, Radboud Universiteit, frederikzb@cs.ru.nl
Het HvJEU is een van de instellingen van de Europese Unie (zie artikel 19 VEU). Het is gevestigd in Luxemburg. Het HvJEU bestaat uit twee rechterlijke instanties: het Gerecht of ook wel het Gerecht van eerste aanleg en het Hof van Justitie (hierna: Hof). Prejudiciële verwijzingen worden alleen door het Hof beantwoord. Het Hof bestaat uit 27 rechters: een rechter uit elke EU-lidstaat, en 11 advocaten-generaal. Een advocaat-generaal is, kort gezegd, een officieel adviseur van het Hof, eigenlijk net zoals bij “onze” Hoge Raad.
De prejudiciële procedure
Wij concentreren ons op arresten waarin het Hof prejudiciële vragen van nationale rechters beantwoordt. Het overgrote deel van de arresten wordt gewezen in het kader van deze prejudiciële procedure (artikel 267 VWEU). Het HvJ wijst ook arresten in andere procedures, waaronder door de Commissie geïnitieerde inbreukprocedures (artikel 258 VWEU) en rechtstreekse beroepen tot nietigverklaring (artikel 263 VWEU). Nationale rechters in de EU kunnen, en moeten soms, het Hof verzoeken om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van het EU-recht (artikel 267, leden 2 en 3, VWEU). Een rechter van de hoogste nationale rechterlijke instantie is verplicht zo’n vraag te stellen als de rechter niet zeker weet hoe een regel van het EU-recht moet worden uitgelegd. Een procedure bij het Hof begint dus met een vraag van een nationale rechter, een ‘prejudiciële vraag’ (of een ‘verzoek om een prejudiciële beslissing’).
De prejudiciële procedure bestaat omdat de EU ervoor wil zorgen dat EU-wet- en regelgeving niet verschillend worden geïnterpreteerd in de EU-lidstaten. In dit verband vertellen wij onze studenten vaak over het magische U-woord: uniformiteit. Het zou de uniformiteit (en dus de doeltreffendheid) van het EU-recht in de weg staan als nationale rechters het EU-recht verschillend zouden interpreteren.
Hoe vind je uitspraken van het Hof?
Uitspraken van het Hof zijn te vinden via de CURIA-website, met name via het zoekformulier. Elke zaak bij het HvJ heeft een eigen zaaknummer. Zaaknummers zien er als volgt uit: C-221/17. Je kunt bij het zoeken ook de naam van een van de partijen invullen, bijvoorbeeld ‘Tjebbes’. Als een arrest is gepubliceerd, heeft het ook een ECLI-nummer, zoals dit: ‘ECLI:EU:C:2019:189’. Je kunt ook naar een arrest zoeken aan de hand van het ECLI-nummer. Als je wilt weten wanneer een arrest (of een advies van de AG of een zitting) aanstaande is, kan je de ‘agenda van zaken’ raadplegen.
Welke taal moet ik lezen?
Als je een zaak op de Curia-site hebt gevonden, kun je op een pagina als deze kiezen in welke taalversie je het arrest wilt lezen. Veel arresten zijn beschikbaar in alle 24 officiële talen. Formeel is slechts één taalversie authentiek: de taal waarin de zaak is behandeld (zie artikel 41 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie). Meestal is dat de taal van de lidstaat waaruit de verwijzing afkomstig is. De vertalingen zijn uiterst nauwkeurig, dus over het algemeen kunt je het arrest in elke taal lezen.
Wat te doen met de conclusie van de advocaat-generaal?
Vaak neemt een van de advocaten-generaal (AG) een ‘conclusie’. Deze conclusie is, grofweg, een officieel advies aan het Hof. Het Hof beslist vaak - maar niet altijd - op dezelfde manier als de advocaat-generaal voorstelt. De conclusie van de advocaat-generaal kan lang en gedetailleerd zijn. Soms beslist het HvJ over een zaak zonder een conclusie van een advocaat-generaal te vragen, vooral wanneer de zaak geen nieuwe of moeilijke rechtsvragen oproept. Het kan nuttig zijn om eerst de inleidende alinea's van de conclusie te lezen voordat je het arrest van het Hof er bij pakt. Deze conclusie geeft meestal een korte samenvatting van de kern en de relevantie van de zaak.
NB: als je een arrest van het Hof wilt lezen, moet je oppassen dat je niet in plaats daarvan de conclusie leest. Soms verwarren mensen die twee documenten.
Waar te beginnen met lezen?
Voordat je begint met het lezen van het gehele arrest, is een trucje misschien handig. Voor veel arresten publiceert het Hof een persbericht (‘perscommuniqué’). Helaas is het moeilijk om gestructureerd te zoeken in oude persberichten, dus het gebruik van een algemene zoekmachine (www.startpage.com, www.google.com, etc.) is de beste aanpak.
Voor veel arresten publiceert het Hof ook een samenvatting. Je kunt zo'n samenvatting vinden door te klikken op ‘Lijst van documenten’ nadat je een zaak op de Curia-site hebt gevonden. Het persbericht of de samenvatting geven een korte inleiding op het arrest.
Naast de hiervoor genoemde AG conclusie, kan het ook helpen om te zoeken naar blogs die arresten van het Hof bespreken: zij geven vaak gemakkelijk leesbare samenvattingen en commentaren en wijzen verder ook cruciale rechtsoverwegingen aan. Voorbeelden zijn: EU Law Analysis, EU Law Live en Verfassungsblog.
NB 1: Verwijs in juridische teksten nooit naar het persbericht en de samenvatting. In tegenstelling tot het arrest hebben deze documenten geen formele juridische kracht. Bovendien missen zij vaak de nuance en de precisie van het arrest zelf.
NB 2: Advocatenkantoren, journalisten of bloggers publiceren soms ook samenvattingen van arresten. Wij raden je aan om zulke bronnen niet te vertrouwen voor samenvattingen van arresten, tenzij je weet dat de auteur een specialist is over het onderwerp en niet bevooroordeeld is.
Waar te beginnen met lezen in het eigenlijke arrest?
Arresten van het Hof zien er anders uit dan uitspraken van Nederlandse rechters, zoals de Hoge Raad of de Afdeling Bestuursrechtspraak. Als het Hof een prejudiciële vraag van een nationale rechter beantwoordt, dan doet het Hof niet rechtstreeks uitspraak in een zaak tussen twee partijen. Het Hof laat het aan de nationale rechter over om de zaak te beslissen, op basis van de (abstracte) uitleg van het EU-recht. De Luxemburgse antwoorden zijn soms dus misschien onbevredigend: een duidelijk ja/nee antwoord ontbreekt vaak.
(Dit is bijvoorbeeld anders bij uitspraken van het Hof in het kader van een inbreukprocedure, oftewel een ‘beroep wegens niet-nakoming’ op grond van artikel 258 VWEU. In zo’n procedure moet het Hof wel kleur bekennen en oordeelt het of de lidstaat in kwestie het EU-recht wel of niet heeft geschonden.)
Je kunt natuurlijk bovenaan het arrest beginnen te lezen, en het tot het einde lezen. Die aanpak zou niet verkeerd zijn. Maar wij denken dat een andere aanpak sneller is en tot een beter begrip leidt. Wij stellen de volgende stappen voor bij het lezen van het arrest. We gebruiken het arrest in de Nederlandse zaak Tjebbes uit 2019 als voorbeeld.
Lees de eerste alinea's van het arrest
Begin met het lezen van de eerste alinea's van het arrest, net onder het kopje ‘Arrest’. Lees, ter illustratie, in het Tjebbes-arrest de rechtsoverwegingen (r.o.) 1 en 2. Het Hof legt uit (i) op welke rechtshandelingen het arrest betrekking heeft (nl. de artikelen 20 en 21 VWEU en artikel 7 van het Handvest), en (ii) wie de partijen in de procedure zijn (nl. M. G. Tjebbes e.a. en de Minister van Buitenlandse Zaken over het door deze minister buiten behandeling stellen van hun respectieve aanvragen voor een nationaal paspoort).
Lees het antwoord op de prejudiciële vragen
Lees vervolgens het antwoord van het Hof op de prejudiciële vragen. Aan het eind van het arrest geeft het Hof antwoord op de vraag van de nationale rechter (‘dictum’). Die antwoorden zijn vaak vetgedrukt. De vragen van de nationale rechters kunnen nogal juridisch-technisch zijn, dus de antwoorden ook. Daarom kunnen de antwoorden moeilijk te lezen zijn. Een manier om de antwoorden leesbaarder te maken, is door de zin zo te herformuleren dat de namen van EU-regelgeving worden afgekort en andere gedetailleerde en voorwaardelijke bijzinnen wegvallen.
In het Tjebbes-arrest geeft het HJEU een lang antwoord dat overweldigend kan overkomen:
‘Artikel 20 VWEU, gelezen in het licht van de artikelen 7 en 24 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moet aldus worden uitgelegd dat het niet in de weg staat aan een wettelijke regeling van een lidstaat, zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde is, op grond waarvan de nationaliteit van die lidstaat in bepaalde omstandigheden van rechtswege verloren gaat, wat voor personen die niet tevens de nationaliteit van een andere lidstaat hebben, het verlies van hun burgerschap van de Europese Unie en de daaraan verbonden rechten met zich meebrengt, mits de bevoegde nationale autoriteiten, waaronder in voorkomend geval de nationale rechterlijke instanties, incidenteel kunnen onderzoeken welke gevolgen dat nationaliteitsverlies heeft en eventueel ervoor kunnen zorgen dat de betrokken personen met terugwerkende kracht de nationaliteit herkrijgen wanneer zij een aanvraag indienen voor een reisdocument of enig ander document waaruit hun nationaliteit blijkt. In het kader van dat onderzoek dienen die autoriteiten en rechterlijke instanties na te gaan of het verlies van de nationaliteit van de betrokken lidstaat, dat het verlies van het burgerschap van de Unie met zich meebrengt, in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel wat de gevolgen ervan voor de situatie van elke betrokkene en in voorkomend geval voor die van zijn gezinsleden uit het oogpunt van het Unierecht betreft.’
Het ‘wegstrepen’ van ruis (dat zijn hieronder de puntjes; …) en het onderscheiden van hoofd- en bijzinnen kan helpen (de bijzinnen staan hieronder cursief tussen vierkante haken). Ook het opknippen in drie aparte stukken [I-III] maakt het gemakkelijker het dictum te begrijpen:
[I] Artikel 20 VWEU … moet aldus worden uitgelegd dat het niet in de weg staat aan een wettelijke regeling … op grond waarvan de nationaliteit van die lidstaat in bepaalde omstandigheden van rechtswege verloren gaat [, wat voor personen die niet tevens de nationaliteit van een andere lidstaat hebben, het verlies van hun burgerschap van de Europese Unie en de daaraan verbonden rechten met zich meebrengt,]
[II] mits de bevoegde nationale autoriteiten … incidenteel kunnen onderzoeken welke gevolgen dat nationaliteitsverlies heeft [en eventueel ervoor kunnen zorgen dat de betrokken personen met terugwerkende kracht de nationaliteit herkrijgen wanneer zij een aanvraag indienen voor een reisdocument of enig ander document waaruit hun nationaliteit blijkt.]
[III] In het kader van dat onderzoek dienen die autoriteiten … na te gaan of het verlies van de nationaliteit van de betrokken lidstaat … in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel [wat de gevolgen ervan voor de situatie van elke betrokkene en in voorkomend geval voor die van zijn gezinsleden uit het oogpunt van het Unierecht betreft.]
Zoals wij eerder noemden kan het nuttig zijn om dit dictum naast nieuwsberichten en/of samenvattingen te leggen. Eigenlijk kan het hierboven weergegeven dictum van Tjebbes makkelijk terug worden gebracht tot de kop van een bericht van het Expertisecentrum Europees Recht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken: EU-Hof: EU-recht vereist individuele toetsing bij verlies van Nederlandse nationaliteit bij langdurig verblijf buitenland.
Als je de antwoorden van het Hof hebt bekeken en niet meteen begrijpt wat het Hof zegt of waarom dat relevant is: maak je zich geen zorgen. Dat overkomt ons ook. In dergelijke situaties helpt vaak de volgende stap.
Lees het onderdeel ‘Hoofdgeding en prejudiciële vraag'
Arresten van het Hof hebben een rubriek ‘Hoofdgeding en prejudiciële vraag’. In het arrest Tjebbes begint dit onderdeel bij r.o. 13. Dit deel van het arrest geeft een samenvatting van de nationale rechtszaak die tot de prejudiciële vraag heeft geleid. Als je dit deel van het arrest leest, ken je de feitelijke achtergrond van de zaak. Die feiten helpen om de meer juridisch-technische delen van het arrest te begrijpen en zij maken vaak ook inzichtelijk waar de twijfel van de nationale rechter zit. Het deel eindigt met de prejudiciële vragen die de rechter aan het Hof stelt. In het arrest Tjebbes staan de vragen in r.o. 26.
Lees het onderdeel ‘Beantwoording van de prejudiciële vraag’
Begin vervolgens met het volgende onderdeel ‘Beantwoording van de prejudiciële vraag’. Dit deel bevat de inhoudelijke redenering van het Hof. Voor de afzonderlijke vragen passen wij dezelfde strategie toe als voor het gehele arrest. Dit betekent dat het slim is om te beginnen met de inleiding (de herformulering van de vraag) en de conclusie (antwoord op de vraag), voordat je de uitwerking in het ‘middenstuk’ leest.
In bijna alle gevallen begint het Hof met het herformuleren van de vraag van de nationale rechter. Zie r.o. 27 van het Tjebbes-arrest: ‘Met zijn vraag wenst de verwijzende rechter in wezen te vernemen of de artikelen 20 en 21 VWEU…’. De geherformuleerde vragen zijn vaak leesbaarder dan de oorspronkelijke vragen, die soms verwijzingen naar het nationale recht bevatten. Het Hof “vertaalt” de vragen naar een Europese context zodat zij voor alle rechters (en studenten!) in de hele EU beter te begrijpen zijn. In een enkel geval geeft het Hof ook een inhoudelijke draai aan de vragen.
Aan het eind van dit onderdeel vind je de antwoorden van het Hof op de prejudiciële vraag of vragen (r.o. 48). Na dit alles te hebben gelezen, begrijp je hopelijk het arrest.
NB 1: Als een zin in het arrest verwijst naar een bepaling uit nationaal of EU-recht, kun je vaak uit de zin zelf de belangrijkste punten van die bepaling halen. Zie bijvoorbeeld r.o. 31 van het Tjebbes-arrest, waarin het Hof een samenvatting geeft van Artikel 20 VWEU. Als je de bepaling zelf wilt lezen, kun je die meestal vinden aan het begin van het arrest, onder het kopje ‘Toepasselijke bepalingen’. Zie bijvoorbeeld r.o. 6 van het Tjebbes-arrest.
NB 2: Soms begint het Hof met enkele inleidende opmerkingen alvorens over te gaan tot de inhoudelijke beantwoording (zie bijvoorbeeld Planet49, r.o. 38-43). Lees ook die. Deze opmerkingen leggen meestal uit waarom het Hof een bepaalde weg inslaat die kan afwijken van de benadering van de nationale rechter.
Extra: conclusie van de advocaat-generaal
Als je het arrest en de zaak beter wilt begrijpen, is een goede aanpak om de conclusie van de advocaat-generaal te lezen. Als die er is tenminste. Deze conclusies zijn vaak leesbaarder dan de arresten. Op een pagina als deze kun je zien of er zo'n conclusie is. Bedenk wel dat de conclusie een advies is aan het Hof. Het Hof kan anders beslissen dan de advocaat-generaal, of het Hof kan een andere redenering hanteren dan de conclusie. Alleen het arrest van het Hof is bindend recht!
Extra: juridisch commentaar
Soms schrijven rechtsgeleerden of gespecialiseerde advocaten commentaar op zaken, in blogs of in zogenaamde annotaties of noten in vaktijdschriften. Zulk commentaar kan nuttig zijn om meer van een zaak te begrijpen. Zie bijvoorbeeld deze Engelstalige blog post over Tjebbes. Via Rechtsorde, Kluwer Navigator of Legal Intelligence kunnen annotaties in vaktijdschriften worden geraadpleegd (tip: zoek op zaaknummer en zaaknaam, dus ‘C-221/17 Tjebbes’). Tjebbes is bijvoorbeeld geannoteerd in AB Rechtspraak Bestuursrecht 2019/180 en Jurisprudentie Vreemdelingenrecht 2019/102. Wat ook kan helpen is het opzoeken van de zaak in het jurisprudentieregister van een tekstboek.
Maar pas op voor een paar valkuilen. Ten eerste moet je in gedachten houden dat een annotatie of blog post de mening van de auteur weergeeft. Deze kan afwijken van die van het Hof. Ten tweede moet je er rekening mee houden dat de auteur bevooroordeeld kan zijn, misschien omdat hij of zij als advocaat betrokken is geweest bij een soortgelijke zaak, of zelfs de desbetreffende zaak voor het Hof. Ten derde mag je in een juridische tekst nooit naar een annotatie of blog post verwijzen om aan te tonen wat er in een arrest staat. Je kunt wel naar een zulke bronnen verwijzen om te laten zien hoe die auteur over een arrest denkt.
Conclusie
Er bestaan lezersvriendelijker teksten dan arresten van het Hof. Zelfs beoefenaars van EU-recht, deskundigen, en rechters hebben vaak moeite om te ontcijferen wat Luxemburg heeft beslist. We hopen dat onze bijdrage helpt om de arresten beter te begrijpen. Tot slot: als je vragen of tips hebt, horen wij dat graag. Bedankt!
*Onderzoekcentrum voor Staat en Recht (SteR), Radboud Universiteit, jasper.krommendijk@ru.nl
** iHub en Instituut voor Informatica en Informatiewetenschappen, Radboud Universiteit, frederikzb@cs.ru.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten